Vorming (doorstudeerfinaliteit) – Kunsten (dubbele finaliteit)
In onze school worden vanaf het eerste jaar van de tweede graad, de studierichtingen gegroepeerd binnen twee polen: kunsten – vorming. Deze twee polen zijn gelijkwaardig, leiden allebei tot een diploma secundair onderwijs en verder studeren behoort steeds tot de mogelijkheden. Het onderscheid in polen, en daarbinnen de opsplitsing in studierichtingen, laat ons toe onderwijs aan te bieden dat tegemoet komt aan de interesses van de leerling en dat op maat van de leerling wordt aangeboden.
De twee polen worden gekenmerkt door een verschillende verhouding tussen de kunstvakken en theoretische vakken en in de benadering van de aangeboden leerstof en opdrachten. Jonge mensen opleiden tot kritische, zelfstandige volwassenen die een eigen beeldtaal kunnen hanteren is een belangrijke doelstelling van ons secundair onderwijs die in elke pool wordt bereikt.
In de kunsten is het aandeel van theoretische vakken en kunstvakken ongeveer gelijk. De abstracte én de praktische intelligentie wordt aangesproken.
In de vorming is het aandeel van de theoretische vakken groter dan dat van de kunstvakken. Het abstract-creatief proces is belangrijker dan het eindproduct.
Studierichtingen 3e graad:
Beeldende kunstrichtingen in de dubbele finaliteit (doorstroom en arbeidsgerichte finaliteit).
Een kunstenrichting vereist een artistieke en theoretische motivatie. Naast een uitdagend pakket kunstvakken krijg je ook een uitgebreid aanbod aan taal- en wetenschapsvakken.
Architectuur en Interieur (D/A)
Beeldende Kunsten: Audiovisuele Kunsten (D/A)
Beeldende Kunsten: Vrije Grafiek (D/A)
Beeldende Kunsten: Vrije Kunsten (D/A)
Beeldende Vormingsrichtingen in de doorstroomfinaliteit.
Een vormingsrichting vereist een artistieke en theoretische motivatie. Naast een uitdagend pakket wiskunde krijg je ook een uitgebreid aanbod aan taal- en wetenschapsvakken.